Categoriearchief: Samenwerken

CRAFT en H.O.P. CONSULTING slaan de handen ineen

CRAFT en H.O.P. CONSULTING preventief juridisch advies slaan de handen ineen

CRAFT en H.O.P. CONSULTING slaan de handen ineen

CRAFT en H.O.P. CONSULTING slaan de handen ineen om leden van CRAFT preventief juridisch advies te geven. Het contract voor de samenwerking werd in januari getekend op de Dutch Craft Beer Conference 2018 in Amersfoort. Met het collectief Preventief Juridisch Abonnement van CRAFT zijn de ruim 150 aangesloten Nederlandse onafhankelijke brouwerijen verzekerd van continue toegang tot juridische ondersteuning.

Preventief Juridisch Abonnement

Met H.O.P. CONSULTING als officieel juridisch partner van CRAFT beschikken zowel de vereniging / het bestuur als de aangesloten brouwerijen binnen de grenzen van het Preventief Juridisch Abonnement  daarmee feitelijk over een eigen huisjurist. Het partnerschap ziet namelijk zowel op (gratis) eerstelijns advisering als op complexer dossierwerkzaamheden tegen gereduceerd uurtarief.

Ondertekening van het contract met van links naar rechts Sander van de Streek (Brouwerij vandeStreek, penningmeester CRAFT), mr. Serge Hopstaken (H.O.P. CONSULTING preventief juridisch advies) en Michel Ordeman (Jopen Brouwerij, voorzitter CRAFT).

Professionaliseringsslag

Met de sterk toegenomen populariteit van craftbier, de bijbehorende groei van de totale sector én van het aantal en de omvang van de aangesloten brouwerijen, heeft CRAFT de ambitie uitgesproken om ook op juridisch gebied een professionaliseringsslag te maken. Want hoe groter de belangen worden, des te groter de noodzaak wordt om steeds professioneler te ondernemen en om de financiële en juridische risico’s zoveel mogelijk te beperken.

Mr. S.F.M. (Serge) Hopstaken van H.O.P CONSULTING geeft leden van CRAFT voorlichting, creëert bewustwording en zal zorgen voor preventieve advisering op de verschillende juridische terreinen waar brouwerijen mee te maken hebben. Via het besloten ledendeel hebben leden van CRAFT toegang tot deze service.

Branchevoorwaarden

Hiernaast is op de Ledenvergadering van CRAFT op woensdag 28 maart 2018 besloten om samen met H.O.P. CONSULTING de mogelijkheid te verkennen voor het opstellen van Algemene Branchevoorwaarden: standaard leveringsvoorwaarden die van toepassing zijn op overeenkomsten van leden van CRAFT.

 

Share Button

Recept Wet DBA: laat te heet opgediende soep afkoelen om match op de arbeidsmarkt te vergroten

Recept Wet DBA: laat te heet opgediende soep afkoelen om match op de arbeidsmarkt te vergroten*

De Wet DBA zorgt voor veel onrust op de arbeidsmarkt. Menig opdrachtgever schiet in de kramp en tienduizenden zzp’ers zien hun opdrachten verdampen of zitten thuis. Onterecht en een gemiste kans voor werkgevers die gaan voor kwaliteit. Welke risico’s loop je als werkgever nou écht? En op basis waarvan maak je een zorgvuldige afweging? De ene vaste medewerker of uitzendkracht is de andere zzp’er niet…  

Even terug naar het begin. Een van de belangrijkste argumenten van de regering om de Wet DBA in te voeren, is het terugdringen van schijnzelfstandigheid. Daarmee doelt men a) op de circa 10% zzp’ers aan de onderkant van de arbeidsmarkt die min of meer onvrijwillig zelfstandig zijn (denk bijvoorbeeld aan postbezorgers en bouwvakkers) en b) op de circa 10% zzp’ers aan de bovenkant van de arbeidsmarkt die al meerdere jaren fulltime op een en dezelfde opdracht zitten en je nauwelijks als ‘ondernemer’ kunt betitelen (bijvoorbeeld gespecialiseerde ICT’ers). Bij de eerste groep draait het vooral om bescherming tegen uitbuiting. Bij de tweede groep vooral om het bezet houden van ‘reguliere’ arbeidsplaatsen en het missen van sociale- en pensioenpremies voor de algemene pot.

De bron van alle onrust?

Helaas blijkt dat de Wet DBA ter bescherming van ‘echte’ schijnzelfstandigheid weinig éxtra doet. Sterker, vooral de grote groep van 80% goedwillende zzp’ers én hun opdrachtgevers worden nadelig getroffen. De ontstane onrust spitst zich toe op de volgende punten:

  • De onduidelijke regelgeving over met name (de uitleg van) termen als gezagsverhouding en vrije vervanging;
  • De lange doorlooptijd van de beoordeling van voorgelegde overeenkomsten door de Belastingdienst;
  • De ontstane wirwar van specifieke, individuele ‘modelovereenkomsten’, gekoppeld aan het ontbreken van vrijwaring voor boetes en naheffingen zoals onder de VAR.

De consequentie is dat werkgevers uit angst voor naheffingen en boetes minder zzp’ers inhuren. Ze vullen het werk anders of helemaal niet meer in. Zzp’ers hebben hierdoor veel minder werk, zitten langdurig thuis of worden gedwongen om in loondienst te gaan (iets wat je als echte zelfstandig ondernemer nou juist níet wilt).

Huidige status Wet DBA: uitstel sanctionering

Deze onrust in combinatie met het opzeggen van het vertrouwen in de Wet DBA door FNV Zelfstandigen en werkgeversbonden, noodzaakten staatssecretaris Wiebes tot ingrijpen. Op 18 november jl. liet hij per Kamerbrief weten het sanctioneringsbeleid binnen de Wet DBA op te schorten tot 1 januari 2018 of zoveel later als nodig is. Hij onderbouwde dit met de aanname dat het voorlopig niet handhaven van de wet opdrachtgevers dusdanig gerust zou stellen dat deze als vanzelf weer zzp’ers zouden gaan inhuren. Om ‘de plooien helemaal glad te strijken’ zou de Belastingdienst tot die datum haar coachende rol richting ondernemers oppakken. En de politiek zou deze periode benutten voor een fundamentele herijking van de begrippen ‘gezagsverhouding’ en ‘vrije vervanging’, passend binnen de moderne en huidige arbeidspraktijk.

Te hete soep houdt onrust in stand

Inmiddels weten we dat het uitsluitend uitstellen van het sanctioneren niet tot de gewenste rust leidt. De Wet DBA en de daarin vervatte regels blijven immers gewoon van kracht. De soep blijft dus te heet. Alleen al uit het oogpunt van compliancy willen (zeker grotere en beursgenoteerde) bedrijven nog steeds voorkomen dat zij de wet overtreden; handhaving of niet. En als je bedenkt dat ‘kwaadwillendheid’ wel gesanctioneerd zal worden en een fundamentele herijking van het arbeidsrecht (zeker met de aanstaande Kamerverkiezingen en aansluitende kabinetsformatie) een tijdrovend en onzeker traject is, vrees ik dat de onrust op de arbeidsmarkt voorlopig aanhoudt. Onrust die – en dat is het bizarre – meestal onterecht is.

Onrust in meeste gevallen onterecht

Feitelijk heeft de Wet DBA niets wezenlijks veranderd aan de inhoudelijke beoordelingscriteria van arbeidsrelaties tussen opdrachtgevers en zelfstandigen. Voornaamste verschil met de VAR is echter dat deze hierover vooraf wél duidelijkheid verstrekte en de opdrachtgever zich geen zorgen hoefde te maken over naheffingen en boetes. En dat is natuurlijk even wennen voor opdrachtgevers. Het dwingt hen beter na te denken over de inzet van (flexibele) arbeid, wanneer zij problemen met de fiscus willen voorkomen. Maar een ding staat nog altijd overeind: ook onder de huidige Wet DBA kun je als opdrachtgever nog altijd prima een zzp’er voor een specifieke klus inhuren. Zeker, er bestaat een ‘grijs gebied’, maar bij het gros van de arbeidsrelaties is het vrij duidelijk of sprake is van zelfstandigheid en ondernemerschap óf een verkapt dienstverband.

Neem inhoud werk als uitgangspunt bij keuze vast/flex!

Alles afwegende wordt ‘de soep dus niet zo heet gegeten, als…….’. Laten afkoelen dus. Neem primair de inhoud van het werk en de beschikbaarheid van mensen om dat werk uit te voeren als uitgangspunt bij de keuze van vast of flex. Zoek je iemand voor een positie waarvoor continuïteit op de lange termijn belangrijk is, kies dan voor een vast loondienstverband. Zeker wanneer de benodigde kennis en vaardigheden redelijk tot goed op de arbeidsmarkt beschikbaar zijn. Maar heb je tijdelijk specifieke en hoogwaardige kennis nodig die intern ontbreekt, dan staat weinig tot niets een samenwerking met een zzp’er in de weg. Als je je aan de uitgangspunten van de wet houdt, dit vastlegt in een door de fiscus goedgekeurde modelovereenkomst en je je tijdens de uitvoering van het project aan die overeenkomst houdt, heb je niets te vrezen. Wat mij betreft loop je een groter bedrijfsrisico wanneer je een – en ik chargeer- een goedkopere maar minder gekwalificeerde uitzendkracht op een klus zet, dan dat je een zzp’er die jouw vraagstuk kan oplossen, onnodig laat lopen. Zeker wanneer de noodzakelijke kennis en vaardigheden niet algemeen op de arbeidsmarkt beschikbaar zijn.

* Dit artikel is tot stand gekomen in co-creatie met Huub Buijs, interim communicatieadviseur op het snijvlak met HR en eigenaar van Buijs AMC, en eerder deze week ook door hem gepubliceerd.

 

Dus ben je opdrachtgever of juist zzp’er en worstel je met de vraag hoe verstandig om te gaan met de Wet DBA? Neem contact op via info@hopconsulting.nl of bel 073-6235850 en maak een afspraak. We helpen je graag om orde in de chaos te scheppen!

 

Share Button

Geheimhoudingsovereenkomst, waarom zou je nog?

Geheimhoudingsovereenkomst, waarom zou je nog?

We leven tegenwoordig in een zogeheten ‘deeleconomie’. Door allerlei technologische ontwikkelingen is natuurlijk ook informatie veel makkelijker beschikbaar en eenvoudig deelbaar. Bovendien leidt het vrijuit delen van informatie met de markt vaak tot meer en snellere innovaties. Compleet achterhaald dus zo’n geheimhoudingsovereenkomst. Of toch niet helemaal?

Vrijelijk delen

Natuurlijk is het mooi om informatie met de markt, collega-ondernemers en potentiële klanten te delen. Dat leidt in veel gevallen ook tot positieve effecten. Denk bijvoorbeeld maar aan het schrijven van informatieve (blog)artikelen, het vrijgeven van al haar recepturen door Schotse craftbrouwer Brewdog of het voor doorontwikkeling vrijgeven van open source software. Het vrijelijk delen van kennis en informatie kent dus vele voordelen, zowel op micro- als op macroniveau.

Belang bij geheimhoudingsovereenkomst

Toch zijn er ook verschillende situaties waarin je als ondernemer wel zeker wilt weten, dat jouw vertrouwelijk gedeelde bedrijfsinformatie ook daadwerkelijk geheim blijft. Bijvoorbeeld wanneer je een derde partij zoekt voor een samenwerking om jouw unieke idee verder te ontwikkelen of te financieren. Je zult dan jouw briljante idee met jouw beoogd samenwerkingspartner moeten delen, maar wilt niet dat hij vervolgens met jouw idee aan de haal gaat.

Of wanneer je wordt benaderd door een partij die jouw bedrijf voor een goede prijs wil overnemen. Deze partij zal ongetwijfeld enige vorm van een zogeheten ‘due diligence’ onderzoek verlangen, maar je wilt natuurlijk niet dat jouw bedrijfsinformatie na dat kijkje in de keuken op straat ligt en zo jouw concurrentiepositie aantast.

Ook in de huidige deeleconomie zijn er dus prima legitieme redenen om toch een geheimhoudingsovereenkomst, ook wel NDA of ‘non disclosure agreement’ genoemd,  te sluiten.

Eenzijdige of wederzijdse geheimhoudingsplicht

Zodra je hebt vastgesteld dat jij inderdaad belang hebt bij een geheimhoudingsovereenkomst, is het zaak om deze verdere invulling te geven. Een eerste keuze die je zult moeten maken, is of je de geheimhoudingsplicht eenzijdig of wederzijds wilt laten gelden. Oftewel: Geldt de plicht tot geheimhouding alleen voor jouw contractspartner of voor jullie beide?

In het geval van een due diligence onderzoek in het kader van een potentiële overname zal een eenzijdige geheimhoudingsovereenkomst doorgaans de aangewezen weg zijn. In het geval van een mogelijke samenwerking waarbij je ook input van jouw beoogd samenwerkingspartner nodig hebt, zul je eerder tot een wederzijdse geheimhoudingsplicht besluiten.

Reikwijdte geheimhoudingsovereenkomst

Vervolgens dien je na te denken over de reikwijdte van de geheimhoudingsovereenkomst. Geldt de geheimhouding alleen voor de rechtstreeks betrokken partijen of ook voor aan hen gelieerde ondernemingen, zoals moeder- of dochtervennootschappen? Wie van partijen krijgen toegang tot de vertrouwelijke informatie en hoe zit het daarbij met (de verschillende lagen van) het personeel van partijen? Is alle uit te wisselen informatie vertrouwelijk of kan/moet bepaalde informatie van de geheimhoudingsplicht uitgesloten worden? Wordt de geheimhoudingsovereenkomst voor bepaalde of voor onbepaalde tijd aangegaan?

Stuk voor stuk belangrijke keuzes die mede bepalen hoe sterk of zwak jouw geheimhoudingsovereenkomst wordt en in hoeverre het met de overeenkomst beoogde doel bereikt wordt.

Wel of geen boetebeding

Ondernemers twijfelen daarnaast nog wel eens over het opnemen van een boetebeding in een geheimhoudingsovereenkomst. Is het niet voldoende dat de verplichting tot geheimhouding op papier staat? Is het niet een blijk van wantrouwen richting de wederpartij om (ook nog) een boetebeding op te nemen?

Zie het echter niet als teken van onvoldoende vertrouwen in de wederpartij, maar als blijk van professionaliteit. Primair benadrukt een boetebeding dat de beschermde informatie met de juiste zorg en vertrouwelijkheid behandeld dient te worden. Bovendien geeft het duidelijkheid over de consequenties, mocht de geheimhouding onverhoopt wel geschonden worden.

Managen van de wederzijdse verwachtingen

Kortom, het opnemen van een boetebeding is – net als het sluiten van een geheimhoudingsovereenkomst in bredere zin – onderdeel van het managen van de wederzijdse verwachtingen. En laat dat nu het voornaamste doel van contracteren en een van de kernwaarden van preventief juridisch advies zijn.

 

Sta jij ook op het punt om een samenwerking aan te gaan of is er mogelijk een overname op komst? Bewijs jezelf een dienst en zorg voor een goede geheimhoudingsovereenkomst. Neem contact op via info@hopconsulting.nl of bel op 073-6235850, dan help ik je graag.

 

Share Button

Wet DBA alweer in de prullenbak?

Wet DBA alweer in de prullenbak

Wet DBA alweer in de prullenbak?

“Tweede Kamer: Wet DBA werkt schijnzelfstandigheid in de hand” en “VVD: Voorlopig geen boetes, wellicht zelfs schrappen Wet DBA“. Zomaar twee recente krantenkoppen die de huidige stemming rond de opvolger van de VAR aardig weergeven. Nog geen onverdeeld succes, zullen we maar zeggen.

Stevige kritiek

Dat er al langere tijd stevige kritiek is op de Wet DBA, zal je ongetwijfeld niet ontgaan zijn. Sinds invoering van de wet per 01 mei 2016 – en eigenlijk ook al daarvoor – wijzen critici op de vele onvolkomenheden. Zo lukt het staatssecretaris Wiebes maar niet om duidelijkheid te scheppen en concrete vragen ook concreet te beantwoorden, lukt het de Belastingdienst maar niet om door ondernemers voorgelegde (model)overeenkomsten inhoudelijk goed en binnen een redelijke termijn te beoordelen en zou de wet volgens sommigen schijnzelfstandigheid niet oplossen, maar juist in de hand werken.

Wet DBA afschaffen en terug naar de VAR?

Tel daarbij op, dat uit onderzoek blijkt dat inmiddels 1 op de 7 opdrachtgevers minder of helemaal geen zzp’ers meer inhuurt als gevolg van de Wet DBA en je hebt de poppen aan het dansen. Diverse politici struikelen dan ook zo ongeveer over elkaar heen om te verkondigen, dat de nog maar net ingevoerde Wet DBA alweer moet worden afgeschaft. Opvallend daarbij is, dat het niet alleen leden van oppositiepartijen zijn die dit verkondigen, maar dat ook VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra heeft aangegeven een terugkeer naar de VAR bepaald niet uit te sluiten als de huidige problemen niet snel worden opgelost.

Verkiezingsretoriek

Het lijkt er dus op, dat de Wet DBA geen lang leven beschoren is…. toch? Nou, dat kan wel eens tegenvallen (of meevallen natuurlijk, afhankelijk van aan welke ‘kant’ je staat). Met de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2017 in het vooruitzicht staat de vaderlandse politiek namelijk al enige tijd in verkiezingsstand. Vooral profileren en eigen geluid laten horen, zonder oog voor de haalbaarheid. Bovendien: Hoe zou de oplossing eruit moeten zien? Simpelweg naar de VAR ligt niet voor de hand en het uitwerken van een goed alternatief kost tijd. Dat is vóór 01 mei 2017, het einde van het huidige overgangsjaar van de Wet DBA, echt niet gebeurd. Ga er dus maar vanuit, dat je voorlopig nog wel even met de Wet DBA te maken hebt.

Aangekondigde maatregelen

Ook staatssecretaris Wiebes gaat ondertussen ‘gewoon’ door op de ingeslagen weg. Flink achter de vodden aan gezeten door een kritische Tweede Kamer heeft hij een aantal maatregelen toegezegd om de huidige problemen met de Wet DBA te lijf te gaan:

  • extra capaciteit bij de Belastingdienst voor de beoordeling van ingediende overeenkomsten;
  • een meldpunt bij de Belastingdienst om eventuele knelpunten beter te kunnen verhelpen; en
  • meer toegespitste en betere communicatie, samen met branche- en koepelorganisaties.

Of dit de bestaande onrust onder opdrachtgevers en opdrachtnemers / zzp’ers kan wegnemen, valt te bezien. Uiterlijk 19 december aanstaande stuurt de staatssecretaris nieuwe rapportages naar de Kamer, zodat hierover opnieuw gedebatteerd kan worden.

Wat in de tussentijd te doen

Heel leuk natuurlijk, al die discussies, debatten en oproepen tot terugkeer naar de VAR. Maar wat kan of moet je daar als opdrachtgever of opdrachtnemer mee? Mijn advies: helemaal niets. De Wet DBA gaat (voorlopig) niet weg en dus zul je ermee om moeten gaan  en je eraan moeten conformeren.

Dat betekent kritisch kijken naar de arbeidsrelatie die je met een opdrachtgever of opdrachtnemer aan wilt gaan en daar naar handelen. Heeft die relatie eigenlijk alle kenmerken van een dienstverband, sluit dan een arbeidsovereenkomst. En heeft die relatie alle kenmerken van een echte opdracht voor een zelfstandige, sluit dan ‘gewoon’ een ouderwetse opdrachtovereenkomst of maak gebruik van een van de modelovereenkomsten van de Belastingdienst.

 

Hulp nodig bij het bepalen van de arbeidsrelatie en/of het opstellen van een goede overeenkomst? Bel me op 073-6235850 of mail me op info@hopconsulting.nl, dan help ik je graag.

 

Share Button

Samenwerking: Handen schudden of contract tekenen?

Samenwerking - Handen schudden of contract tekenen

Samenwerking: Handen schudden of contract tekenen?

Hoe vaak heb ik het niet mis zien gaan de afgelopen jaren: Grote problemen door het ontbreken van een (deugdelijk) contract. Ook heel recent was het weer raak. Een ondernemer die een jarenlange samenwerking én vriendschap naar de knoppen zag gaan vanwege een zakelijk geschil.

Handen schudden

Vrienden die elkaar al jaren kennen, ondernemers die besluiten de krachten te bundelen of verse netwerkcontacten die het ‘gewoon eens gaan proberen’. Samenwerken gebeurt continu en kent velerlei vormen. Soms geboren uit idealisme, soms uit praktische overwegingen en soms… heel soms… uit puur winstoogmerk.

Wat de reden of achtergrond ook is, in veel gevallen bezegelt een ferme handdruk de nieuwbakken samenwerking. “We kennen elkaar, we hebben allebei hetzelfde doel en we vertrouwen elkaar.” Komt het jou ook zo bekend voor, die samenwerkings-mantra?

Vertrouwen is goed, een contract is beter

Op zich niets mis mee natuurlijk, want vertrouwen is de basis van iedere goede samenwerking. Maar vertrouwen alleen is niet genoeg. Dingen lopen negen van de tien keer nu eenmaal anders dan je ze gepland hebt. Soms zit het mee en soms zit het tegen, je kent het wel.

En niets is zo veranderlijk als de mens. Dus ook die samenwerkingspartner(s) van jou… en jijzelf! Wat in het begin nog een gemeenschappelijk belang leek, verandert door verschil in prioriteiten in eigenbelang. Die gezamenlijke droom blijkt er als puntje bij paaltje komt toch niet helemaal hetzelfde uit te zien voor alle deelnemers.

Contract tekenen

Juist daarom is het verstandig om een samenwerkingsovereenkomst aan te gaan en een contract te ondertekenen. Hoe goed je jouw partner(s) ook kent en hoe goed de bedoelingen ook zijn. Niet alleen om de spelregels vast te leggen, maar zeker ook om een helder gezamenlijk referentiekader te scheppen. Wat mogen jullie van elkaar verwachten onder verschillende omstandigheden en in verschillende situaties?

Want een goed contract beschrijft niet slechts hoe de bakken vol met geld – die natuurlijk ongetwijfeld binnen zullen stromen! – verdeeld gaan worden. Integendeel, een goed contract legt vast hoe jij en jouw samenwerkingspartner(s) zich tot elkaar verhouden, juist als het wat minder gaat dan verwacht.

Problemen voorkomen door maatwerkcontract samenwerking

Door de wederzijdse verwachtingen actief te (blijven) managen en de communicatie op peil te houden, voorkom je al heel veel problemen. Toch kan er een moment komen dat jij en jouw samenwerkingspartner(s) minder goed door één deur kunnen en wellicht niet meer helemaal ‘on speaking terms’ zijn. Juist dan heb je een goede maatwerkovereenkomst nodig om op terug te vallen.

Denk bijvoorbeeld aan vragen als:

  • Welke verplichtingen liggen bij welke partij en tot welke hoogte?
  • Hoe zit het met concurrerende, eigen werkzaamheden van een van de samenwerkingspartners?
  • Hoe worden belangrijke beslissingen genomen?
  • Welke voorwaarden gelden wanneer een van partijen uit de samenwerking wil stappen?
Rust, zekerheid en besparingen

Al deze en andere vragen kun je al bij aanvang van de samenwerking samen  bespreken, beantwoorden en door een contractjurist vast laten leggen in een overeenkomst. Dat betekent weliswaar een zekere investering, maar wel een waarmee je rust, zekerheid én besparingen creëert. Want reken maar dat de kosten van die ‘gratis’ handdruk in een slepende rechtbankprocedure een behoorlijk stuk hoger uitpakken. Om van de prijs van verloren vriendschappen nog maar te zwijgen natuurlijk….

 

Sta jij ook op het punt om een intensieve samenwerking aan te gaan? Of heb je al zo’n samenwerking, maar is die uitsluitend gebaseerd op handen schudden? Neem dan contact op voor het opstellen van een degelijke, toekomstbestendige overeenkomst. Daar help ik jou en jouw samenwerkingspartner(s) graag mee!

Share Button

Is er leven na de VAR? De Wet DBA toegelicht

Leven na de VAR

Is er leven na de VAR? De Wet DBA toegelicht

Zoals in een eerdere update al aangekondigd houdt de alom bekende Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) per 01 mei 2016 op te bestaan. Daarmee komt gelijk ook een eind aan de zekerheid die zelfstandigen én hun opdrachtgevers al jarenlang hebben. Grote vraag is dan ook: Is er leven na de VAR?

Zekerheid VAR

Al ruim 10 jaar lang is de situatie vrij overzichtelijk. In een notendop: Een zelfstandige die zichzelf als zzp’er of freelancer verhuurd aan opdrachtgevers, vraagt bij de Belastingdienst een VAR aan en geeft daarmee zijn opdrachtgever de zekerheid dat geen sprake is van een dienstverband. Voor de opdrachtgever is dit van belang, omdat deze dan zeker weet dat geen loonheffing en sociale verzekeringspremies ingehouden en afgedragen hoeven te worden. Deze zekerheid wordt vooraf en voor de duur van een volledig kalenderjaar gegeven. Naheffing vindt in de praktijk eigenlijk slechts plaats, indien sprake is van opzettelijke misleiding, wat zelden bewezen kan worden. Kortom, iedereen blij.

Schijnzelfstandigheid

Nou ja, iedereen blij… De Belastingdienst niet. Door het relatief makkelijk kunnen verkrijgen van een VAR, de vergaande bijbehorende vrijwaring ten aanzien van loonheffingen en premies en het gebrek aan controlecapaciteit, zijn hiaten ontstaan. Een daarvan is de zogeheten ‘schijnzelfstandigheid’. Bekend voorbeeld hiervan is de ontslagen werknemer die meteen als zelfstandige voor exact dezelfde werkzaamheden maar tegen een lager tarief door zijn ex-werkgever weer wordt ingehuurd. Los van de maatschappelijke discussie over de wenselijkheid van dit fenomeen, ziet de Belastingdienst door dit soort oneigenlijke constructies een hoop geld aan haar neus voorbijgaan. Tijd voor actie dus.

Wet DBA en (model)overeenkomsten

Bestrijding van schijnzelfstandigheid is naar eigen zeggen van Staatssecretaris Wiebes het belangrijkste argument voor afschaffing van de VAR en vervanging door de Wet DBA (voluit: Wet deregulering arbeidsrelaties). Onder de Wet DBA verstrekt de Belastingdienst niet langer voor een heel kalenderjaar vooruit zekerheid over het wel of niet moeten afdragen van loonheffingen en premies. Nee, vanaf 01 mei 2016 wordt iedere door een zelfstandige uitgevoerde opdracht individueel beoordeeld. Opdrachtgever en zelfstandige kunnen gebruik maken van door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomsten of hun eigen overeenkomst ter goedkeuring voorleggen.

Schijnzekerheid

Alleen een ander systeem dus maar met net zo veel zekerheid vooraf? Bepaald niet. Want daar zit het belangrijkste verschil tussen VAR en de Wet DBA: Het gebruik van een modelovereenkomst of goedgekeurde overeenkomst geeft géén echte zekerheid. De Belastingdienst gaat namelijk ook “controles op de werkvloer” uitvoeren. Als uit die controles blijkt, dat de feitelijke situatie niet overeenkomt met de in de goedgekeurde (model)overeenkomst geschetste situatie, wordt opdrachtgever achteraf alsnog geconfronteerd met een naheffing terzake loonheffingen en sociale verzekeringspremies. Zo biedt de Wet DBA in tegenstelling tot de VAR slechts ‘schijnzekerheid’.

Hoe de controles uitgevoerd gaan worden en met welke frequentie, is niet bekend. Het lijkt echter onwaarschijnlijk dat de Belastingdienst veel verder komt dan incidentele, steekproefsgewijze controles. Daarmee lijkt ook nu al vast te staan, dat het beoogde doel – het bestrijden van schijnzelfstandigheid – niet zal worden bereikt.

Vergaande gevolgen dienstverband

Let op: Wanneer achteraf door de Belastingdienst wordt vastgesteld, dat sprake is van een dienstverband, heeft dit voor opdrachtgever niet alleen gevolgen op het gebied van het alsnog verschuldigd zijn van loonheffingen, sociale premies (en boetes). In geval van een dienstverband kan de zelfstandige die nu dus werknemer blijkt te zijn, namelijk ook aanspraak maken op zaken als vakantiegeld, doorbetaling van loon tijdens ziekte én ontslagbescherming.

Veel kritiek

Niet zo gek dus, dat afschaffing van de VAR op veel kritiek stuit. Zeker de wijze waarop en snelheid waarmee invoering van de Wet DBA gebeurt, kan niet op veel applaus rekenen. Zo zijn er zijn nog tal van onbeantwoorde vragen en bevatten gepubliceerde modelovereenkomsten nog fouten. Het overgangsjaar van mei 2016 tot mei 2017 lijkt dan ook vooral bedoeld om de Belastingdienst zelf de tijd te geven haar zaakjes op orde te krijgen.

Handreiking DBA: Belastingdienst geeft beoordelingskader

In een poging aan de vele kritiek tegemoet te komen, heeft de Belastingdienst begin maart 2016 via haar website de ‘Handreiking DBA’ gepubliceerd. Dit document moet meer inzicht geven in de wijze waarop de Belastingdienst overeenkomsten tussen zelfstandigen en opdrachtgevers gaat beoordelen. Het geschetste beoordelingskader bevat echter weinig nieuwe informatie. De Handreiking grijpt voornamelijk terug op de al veel langer bekende criteria voor het vaststellen van het al dan niet bestaan van een dienstverband:

  • Is sprake van een gezagsverhouding
  • Bestaat een persoonlijke verplichting tot het verrichten van arbeid
  • Bestaat een verplichting om loon te betalen
  • Is sprake van een fictieve dienstbetrekking

Maatwerk noodzakelijk

Het moge duidelijk zijn, dat de bij opdrachtgevers en zelfstandigen ontstane onzekerheid hiermee niet kan worden weggenomen. Ook is duidelijk, dat het contracteren tussen opdrachtgevers en zzp’ers of freelancers onder de Wet DBA maatwerk vereist. Iedere individuele opdracht, de te sluiten opdrachtovereenkomst én bewaking van de uitvoering van de opdracht vragen om aandacht. Het inschakelen van de automatische piloot is daarbij – voorlopig? – van de baan.

Heb je als opdrachtgever of zelfstandige advies nodig bij het controleren van bestaande of aangaan van nieuwe overeenkomsten? Neem contact op via mail info@hopconsulting.nl of bel 073-62358550 en ik help je graag.

Share Button

PERSBERICHT – Regionale samenwerking leidt tot Win(st) Met Personeel

 

Regionale samenwerking leidt tot Win(st) Met Personeel! 

Waarom staat het hebben van personeel de laatste tijd zo vaak negatief in het nieuws, terwijl er zoveel mooie kanten en voordelen zijn? Twee ondernemers uit de regio ’s-Hertogenbosch hebben de koppen bij elkaar gestoken en een oplossing bedacht om het voor werkgevers weer overzichtelijk en aantrekkelijk te maken. Serge Hopstaken van H.O.P. Consulting preventief juridisch advies en Chris Peek van Chris Peek people & performance management hebben een gezamenlijke aanpak ontwikkeld onder de noemer Win(st) Met Personeel! Daarin combineren zij hun expertise op het vlak van arbeidsrecht en personeelsmanagement. Peek: “Je kunt het een APK noemen voor je HR processen.”

Massaontslagen en gedwongen loonsverlagingen. Werkgevers die geen vast personeel meer durven aan te nemen. Nieuwe strengere regels voor arbeidscontracten voor bepaalde tijd en ophef over het gewijzigde ontslagrecht. Dat is wat je tegenwoordig leest als het over het in dienst hebben van personeel gaat. Hopstaken en Peek zijn er echter van overtuigd dat het ook anders kan. Daarom hebben zij nu de handschoen opgepakt om de negativiteit te doorbreken.

Tevreden werknemers die optimaal presteren en in een goede sfeer aan nog betere bedrijfsresultaten werken. Dat wil toch elke werkgever? En het kan ook echt. Jammer genoeg is er nog wel eens gedoe: Onder de maat presterende medewerkers, geschillen op de werkvloer, dossiers niet op orde, niet voldaan aan wettelijke verplichtingen, managers die brokken maken. Zaken die niet alleen afleiden van dat wat een onderneming zou moeten doen, maar ook nog eens onnodig veel geld en ergernis kosten. Win(st) Met Personeel! pakt genoemde problemen aan en werkt volgens een zorgvuldig opgebouwd driestappenplan. Beginnend met een preventieve risicoscan op het vlak van personeelsmanagement, via een diepgaande audit op die terreinen waar risico’s zitten, naar permanente oplossingen in de vorm van instrumenten,  workshops, training of coaching.

Hopstaken: “Ik krijg bijvoorbeeld vaak vragen over ontslagzaken als er al niet meer aan torenhoge ontslagvergoedingen te ontkomen is. Veel liever help ik organisaties in de preventieve sfeer. Wat kun je als werkgever nu doen, om straks problemen en onnodige kosten te voorkomen? Zeker met de komst van de WWZ (Wet Werk en Zekerheid) en het nieuwe ontslagrecht per 01 juli 2015 wordt het belang van goede personeelsdossiers nóg groter.”

Uit onderzoek blijkt dat verstoorde arbeidsrelaties vaak te maken hebben met een moeizame relatie tussen medewerker en leidinggevende. Dit leidt nogal eens tot het vertrek van een medewerker. Maar daar zit ook vaak het talent bij, dat je als werkgever helemaal niet wilt zien vertrekken. Peek: “Het beste uit jezelf en de ander halen om mensen en organisaties beter te laten functioneren. Daar gaat het om. In mijn boekjes schrijf ik daarover. En als trainer-coach help ik organisaties en leidinggevenden om dat daadwerkelijk toe te passen.”

Hopstaken en Peek hebben elkaar afgelopen jaar ontmoet tijdens een netwerkbijeenkomst van regionale ondernemers. Daar is het balletje gaan rollen en zijn ze aan de slag gegaan om het concept Win(st) Met Personeel! te ontwikkelen. Nu is het zover dat ze werkgevers binnen MKB en onderwijs hiermee daadwerkelijk kunnen versterken.

 

Share Button

APK voor HR processen? Ga voor Win(st) met Personeel! [Gastblog Chris Peek]

 Chris Peek

APK voor HR (processen)?? Ga voor Win(st) met personeel!!

[Gastblog Chris Peek]

Ik kom bij nogal wat organisaties, waar ik een kijkje in de HR keuken kan nemen. Vrijwel altijd bevlogen en positief ingestoken professionals. Af en toe rammelt er wat. Of hangt er een kastje scheef. Bijvoorbeeld op het vlak van de personeelsdossiers. Je mag verwachten dat gesprekken met medewerkers, afspraken die gemaakt zijn, beoordelingen die zijn uitgesproken, ondersteuning die gegeven is, scholing die is aangeboden, goed gedocumenteerd zijn. Dat is immers wel wat er verwacht wordt, als je onverhoopt toch ooit afscheid zou willen nemen van een medewerker. En heb je het dan niet op orde, dan gaat je dat –veel- geld kosten.

Maar ook bij medewerkers die binnen een organisatie overstappen naar een ander team, mag je verwachten dat alles goed is vastgelegd. Zodat de nieuwe manager beslagen ten ijs komt, als plotseling blijkt dat dit nieuwe teamlid toch wat vlekjes en butsjes blijkt te hebben. Maar niemand wil toch de rotte appels uit andermans mand krijgen? Tenminste zeker niet als het wordt voorgedaan alsof er niets aan de hand is.

Maar die blik in de HR keuken leert me van tijd tot tijd dat de praktijk toch weerbarstig is. Gespreksverslagen -vaak nog paper & pencil-, zijn onvolledig, ontbreken, zijn weggemoffeld. Of worden doodleuk niet gemaakt. Of er worden nauwelijks gesprekken gevoerd. Geen tijd. Of zin. Of lef. Dat is spelen met vuur. Liever gezegd: met geld.

Een APK voor HR processen zou helemaal nog niet zo gek zijn. Niet verplicht opgelegd vanuit de overheid. Nee, gewoon vanuit verstandig en fatsoenlijk ondernemerschap.

Er zijn inmiddels genoeg eenvoudige, maar zeer doeltreffende, software oplossingen. Tijdsbesparend en hufterproof. Bij één uit de hand gelopen ontslagcase heb je de kosten er al dubbel en dwars uit. En dan heb ik het nog niet over alle voordelen die je hebt. Zoals forse besparing van tijd, eenvoudig betrekken van medewerkers, veel beschikbare informatie, overzicht etc.

Maar ja, HR afdelingen hebben het op het ogenblik erg druk. Ook daar werken de mensen keihard. En hebben ze geen tijd voor een APK. ’t Is net als met de houthakker die enorm staat te zwoegen met zijn bijl. Het omhakken van bomen gaat steeds moeizamer. Hij moet zo hard werken dat hij geen tijd heeft om zijn bijl te slijpen. Of om een kettingzaak aan te schaffen….

 

Chris Peek is eigenaar bij Chris Peek People & Performance Management. Samen met H.O.P. CONSULTING preventief juridisch advies is Chris Peek mede-bedenker en uitvoerder van het gezamenlijke concept: Win(st) met Personeel!

Win(st) met Personeel! is een concept waarbij organisaties in een driestappenaanpak geholpen worden om hun personeelsmanagement te optimaliseren. Stap 1: een preventieve risicoscan. Stap 2: meer de diepte in met een personeelsmanagement audit. Stap 3: oplossingen in de vorm van advies, instrumenten, workshops en/of training. De kosten zijn in rap tempo terugverdiend!

 

Share Button

Zo blijf je wanbetalers de baas – 5 Wapens tegen wanbetaling die werken!

Zo blijf je wanbetalers de baas - 5 Wapens tegen wanbetaling die werken - H.O.P. CONSULTING preventief juridisch advies

Zo blijf je wanbetalers de baas – 5 Wapens tegen wanbetaling die werken!

Je hebt weer prima werk verricht. Die spoedbestelling buiten kantoortijden heb je toch maar mooi weer keurig op tijd geleverd. Die heikele situatie van de klant heb je met een doordacht advies toch maar mooi weer tot een goed einde gebracht. Tevreden denk je eraan terug terwijl je de binnengekomen betalingen checkt. Wat?! Is die factuur nog steeds niet betaald…

Jaarlijks 10 miljard schade

Herkenbaar? Waarschijnlijk wel, want vrijwel iedere ondernemer krijgt vroeg of laat met wanbetalers te maken. Eerder dit jaar heeft de ING becijferd dat het Nederlandse bedrijfsleven in zijn geheel op jaarbasis liefst 10 miljard (!) Euro schade lijdt door wanbetaling. En dat betreft dan alleen nog maar de waarde van de onbetaalde facturen die oninbaar blijken te zijn en afgeschreven worden. Alle schade in de vorm van verspilde tijd en (juridische) kosten die aan zo’n afgeschreven vordering vooraf zijn gegaan, zijn dus nog niet eens meegerekend.

Vijf wapens tegen wanbetaling

Hoe kun jij je wapenen tegen wanbetalers? Er zijn ongetwijfeld vele – ook niet volledig legale – manieren en methoden te bedenken om je zuur verdiende geld te krijgen. In dit stuk belicht ik de vijf belangrijkste en meest praktische ‘wapens’ die je – geheel legaal uiteraard – tegen wanbetaling in kunt zetten zonder dat je met elkaar voor de rechter belandt. In het kort:

1. Klantscan 

Denk na voordat je met een klant of opdrachtgever in zee gaat. Weet je met wie je zaken doet? Ken je de (financiële) reputatie van het bedrijf? Een bezoekje aan het KvK Handelsregister en/of een kredietrapport leert je al gauw of je met deze klant een verhoogd risico op wanbetaling loopt.

2. Betaling vooraf 

Doe je voor het eerst zaken met een nieuwe klant? Heeft die opdrachtgever je eerder te lang op je geld laten wachten? Of wil je gewoon ieder risico uitsluiten? Zorg dan dat (een groot deel van) de factuur betaald is voordat je aan de slag gaat.

3. Eigendomsvoorbehoud 

Lever je goederen, zeg maar fysieke producten? Neem dan in de overeenkomst of algemene voorwaarden een (verlengd) eigendomsvoorbehoud op. Daarmee blijf jij eigenaar van de geleverde goederen, zolang de klant niet heeft betaald. Indien nodig kun je de goederen ook weer bij de klant weghalen, zelfs wanneer deze failliet is. Een krachtig wapen dus, mits op juiste wijze toegepast. Laat je dan ook altijd tijdig door een jurist adviseren.

4. Pandrecht 

Lever je goederen die door jouw klant worden gebruikt voor verdere productie of die vrijwel direct worden doorverkocht? Lever je geen fysiek product, maar ben je adviseur die tegen betaling advies uitbrengt? In die gevallen werkt het eerder besproken eigendomsvoorbehoud niet, maar kun je wel een pandrecht bedingen. Pandrecht kan op allerlei goederen zoals inventaris, handelsvoorraad, wagenpark en machines worden gevestigd. Minstens zo interessant is de mogelijkheid om een pandrecht op (toekomstige) vorderingen te vestigen. Ook hier geldt: Een zeer sterk wapen, dat wel de nodige kennis vereist om het goed in te kunnen zetten. Zo zal de pandovereenkomst door een jurist opgesteld moeten worden.

5. Debiteurenbeheer

Is het jouw opdrachtgever toch gelukt om de eerste vier wapens te ontwijken? Of heeft die goede vaste klant dit keer gewoon wat moeite om jouw facturen op tijd te betalen? Kies dan voor een consequent systeem van debiteurenbeheer en zorg dat je altijd in contact blijft met de debiteur in kwestie.

Wanbetalers de baas

Heerlijk toch om de zekerheid te hebben dat al jouw facturen snel, volledig en zonder vervelende incassotrajecten betaald worden? Met de vijf wapens tegen wanbetaling kan het. Wanneer jij deze vijf krachtige wapens consequent toepast, blijf je wanbetalers voortaan de baas! Meteen beginnen? Neem dan vandaag nog contact op.

 

Share Button

Algemene Voorwaarden – Vooroordeel of voordeel?

Algemene Voorwaarden (De Kleine Lettertjes) - H.O.P. CONSULTING preventief juridisch advies

Algemene Voorwaarden – Vooroordeel of voordeel?

Iedereen kent ze, de “kleine lettertjes”, maar niemand houdt van ze. Zo bestaan er een hoop vooroordelen ten opzicht van Algemene Voorwaarden: Niemand leest ze, alle algemene voorwaarden zijn standaard, ze zijn zelfs overbodig. Zoals met wel meer vooroordelen zijn ze voor een deel gebaseerd op een kern van waarheid en voor een (groot) deel gebaseerd op een gebrek aan kennis.

Laten we de genoemde vooroordelen er eens bij pakken en nader bekijken.

1. Niemand leest algemene voorwaarden

Zoals eerder gezegd berust dit vooroordeel voor een deel op waarheid. Veel mensen, of het nu particulieren of ondernemers zijn, lezen de algemene voorwaarden van hun wederpartij niet of nauwelijks voordat ze tot aankoop overgaan. Zijn algemene voorwaarden daardoor per definitie oninteressant? Integendeel, veel ondernemers zouden achteraf willen dat ze de van toepassing zijnde voorwaarden wél hadden gelezen voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst. Gebrek aan kennis van de inhoud van de algemene voorwaarden van de mede-contractspartij is menig ondernemer al duur komen te staan.

2. Alle algemene voorwaarden zijn standaard

Ook dit vooroordeel is deels waar. Een snelle vergelijking van diverse sets algemene voorwaarden op internet, leert dat veel bepalingen wel erg veel op elkaar lijken. Soms komt dit doordat sprake is van uniforme branchevoorwaarden, vaker echter doordat gebruik is gemaakt van het ‘betere’ knip-en-plak-werk. De gedachte is: “Dat wat voor een andere ondernemer goed is, is ook voor mijn onderneming goed”. Maar juist daar gaat het mis. Iedere onderneming en iedere ondernemer is immers uniek en kent andere werkwijzen, doelstellingen en uitgangspunten. Door de algemene voorwaarden op maat te modelleren naar het eigen bedrijf, gaan ze vóór je werken in plaats van tegen je. Zo kan veel voordeel ten opzichte van de concurrentie worden behaald.

3. Algemene voorwaarden zijn overbodig

Voorspelbaar als het is, lijkt op het eerste gezicht ook voor dit vooroordeel iets te zeggen. Vrijwel alle onderwerpen in een set algemene voorwaarden zijn immers ook op de een of andere manier in de wet opgenomen. Toch biedt de algemene wettelijke regeling doorgaans te weinig houvast. Sterker nog, recentelijk is becijferd dat het hanteren van geen of slechte algemene voorwaarden het bedrijfsleven jaarlijks zo’n 65 miljoen Euro kost. En dit betreft alleen nog maar de juridische kosten die nodig zijn om conflicten hieromtrent te beslechten. De daadwerkelijke economische schade als gevolg van het ontbreken van (goede) algemene voorwaarden is in totaal dus nog vele malen groter.

Voordelen!

Al met al mag het duidelijk zijn, dat goede algemene voorwaarden wel degelijk van groot belang zijn voor iedere ondernemer. Zowel het (laten) lezen van de voorwaarden van een mede-contractspartij als het hebben van gedegen en op maat gemaakte eigen voorwaarden, leveren aanzienlijke voordelen op. Zorg daarom dat u uw contractrisico’s onder controle heeft en schakel zo vroeg mogelijk deskundig advies in. Juist ook als u nog geen conflict heeft!

Share Button